Ik heb op deze avond al een heel boekwerk geschreven,
Vol gedichten enzovoort, daarom nu iets over mijn leven.
Ik zal niet zeuren maar heel eerlijk tegen je zijn,
Het leven van de Sint is geen rozegeur en maneschijn.
Een hele boot vol Zwarte Pieten, over de grens van Nederland,
Dat was altijd makkelijk, maar laatst ben ik in de bak beland.
Ik was een dagje eerder voor mijn intocht bij de haven,
Komen daar plotseling tien politiemannen te paard aan draven.
"Paspoorten," werd er ineens in de duistere nacht geroepen.
Ik zat op dat moment rustig op het scheepstoilet te poepen,
Ik trok mijn rok omlaag en rende snel naar buiten.
Daar aangekomen hoorde ik de politiemannen fluiten,
Ach, het was zo'n gedoe, iedereen gefouilleerd.
Ik vroeg me af of ze het dan nog niet hadden geleerd.
Ik ben de, zoals je wel zal weten, Goedheiligman.
Er is daarom niets wat ik illegaal doen kan.
In de gevangenis, daar zat ik toen dus even,
Tot ze zagen dat ik in het stadsregister stond ingeschreven.
Nee, het is geen pleziertje Sint te zijn,
Maar 't is altijd nog beter dan pater, pastoor, dominee of rabbijn.
Waardering: 6.28 met 145 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Pieter
Volgende gedicht: Beste Evelien
Vorige gedicht: Lieve Joline
Terug naar de lijst met ingezonden gedichten
Sinterklaasgedichten zoeken op trefwoord