Afgelopen jaar was jij een van Sints favorieten,
Al was jij zeker ook vaak niet te genieten.
Zo lig jij dagenlang in je bed,
En doe je de hele dag geen zet.
"Willem, ontbijten!" wordt dan gezegd door die oude,
Maar niets gaat jou uit je bed houden.
Als je er dan eenmaal uit bent,
Wil je ook overkomen als de vent.
Maar Willem, daarbij,
Hoort ook een chick aan je zij,
Dit jaar heb je geen kusjes gehad,
Zelfs niet als het meisje zich helemaal had bezat.
Dat is heel zielig en niet zo gezel,
Maar jouw tijd komt nog wel!
De trip naar Albufeira werd afgezegd,
Dit helpt jouw teller niet echt.
Verder ben jij dit jaar begonnen aan een baan,
Mijn Pieten hebben jou met waterkratjes in je handen zien staan.
Want jij bent de waterjongen van Ja1,
Daar kan niemand meer omheen.
Maar even echt, wie ben jij daar nou?
Want dat konden de Pieten mij niet vertellen zo gauw.
Op school gaat het ook niet al te best,
De Sint hoopt echt dat je het aan het einde niet verpest.
Want daar maak je niemand gelukkig mee,
Dus slagen blijft toch het idee.
Dan sta je volgend jaar op eigen benen,
En ben je van de Messchaertlaan en Bredelaan verdwenen.
Wat ga je nou studeren, blijft de vraag.
Je bent met dat beslissen wel erg traag.
Het antwoord is altijd: "Weet ik veel."
Er zijn ook keuzes zoveel.
Maar Willem, jij komt er wel ooit,
Als je die middelbare school maar voltooit.
Ik heb er genoeg vertrouwen in,
Hier is je cadeau: een vogelspin!
Dit gedicht is ingezonden door In
Volgende gedicht: De Sint zei tegen zijn vriend Piet
Vorige gedicht: Piet liep over de daken
Terug naar de lijst met ingezonden gedichten
Sinterklaasgedichten zoeken op trefwoord