De Sint en zijn Pieten liepen door de stad,
Ze waren op zoek naar een cadeau, een grote dikke pad.
Het was voor een jongentje dat een apart huisdier had gevraagd.
De Sint moest lachen om zijn aankoop, is het niet wat gewaagd?
De Pieten waren er niet echt bij met hun hoofd,
Ook al was dat wel beloofd.
Iedereen schrok zich lam, inclusief de Sint en zijn Pieten.
Ze hoorden een knal en renden snel zodat ze die plek achter zich lieten.
Maar de Sint kon niet rennen, hij was helemaal niet zo snel,
Hij zat altijd met zijn voeten in zijn pak knel.
Het plein waar ze stonden was vol met rook,
Hij hoorde de kwajongens wegrennen en zag het jongentje van de pad ook.
Hij rende de jongen achterna, hij was nu heel vlakbij.
Hij probeerde de jongen in te halen, het was een groot karwei.
Eindelijk had de Sint hem te pakken,
Hij zag dat voor deze jongen de pad bedoeld was,
En zei: "Alsjeblieft, een pad, maar wel ophouden met dat gekras!"
Waardering: 5.21 met 39 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Lous
Volgende gedicht: "Wanneer ben jij jarig?" vraagt een man aan Sint
Vorige gedicht: Altijd maar bommen gooien voor de lol
Terug naar de lijst met ingezonden gedichten
Sinterklaasgedichten zoeken op trefwoord